Woninginbraken in Amsterdam
- Publicatie
- mei 2024
Het aantal woninginbraken in Amsterdam is in snel tempo gedaald. In tien jaar tijd namen de inbraken met 73 procent af. Er zijn verschillende mogelijke verklaringen voor die afname. Zo nemen mogelijkheden tot preventiemaatregelen toe en beveiligen bewoners hun woning waarschijnlijk beter. Ook neemt het sociaal toezicht toe. Tenslotte zijn andere vormen van criminaliteit mogelijk aantrekkelijker geworden voor daders omdat die een grotere en makkelijkere opbrengst opleveren.
Het aantal woninginbraken dat de politie heeft geregistreerd is afgenomen van 6.647 in 2013 naar 1.767 in 2023. In de Veiligheidsmonitor van 2023 gaf 3 procent van de Amsterdammers aan in het afgelopen jaar slachtoffer te zijn geweest van woninginbraak of een poging daartoe. In 2013 was dit nog 6 procent. In 2023 was 26 procent van hen slachtoffer van daadwerkelijke woninginbraak. 74 procent was slachtoffer van poging tot woninginbraak.
Woninginbraak is een vorm van High Impact Criminaliteit. Dit zijn delicten die veel impact hebben op het slachtoffer, de directe omgeving en het veiligheidsgevoel in de maatschappij. De politie registreert de afgelopen jaren steeds minder delicten van de verschillende vormen van High Impact Criminaliteit. Maar het aantal registraties van geen enkele delictsvorm daalt zo sterk als het aantal woninginbraken. Aan de andere kant registreert de politie de afgelopen jaren steeds meer cybercrime-delicten in Amsterdam. In 2023 legde zij 831 cybercrime-delicten vast. Dat zijn flink meer registraties dan tien jaar geleden, toen het er 71 waren.
Hogere kans op inbraak in woonboten en vrijstaande woningen
Van alle inbraken vindt ongeveer 40 procent plaats in flats. Verder is 15 procent van de inbraken in een tussenwoning. Dit zijn ook de woningtypen waar de meeste Amsterdammers in wonen. Relatief gezien maken andere woningtypes meer kans op inbraak. Amsterdamse bewoners van woonboten worden relatief het vaakst slachtoffer van woninginbraak. Ook bewoners van vrijstaande woningen hebben een hoge kans om slachtoffer te worden. Voor de meeste van de overige woningtypen lijkt de kans op inbraak redelijk gelijk.
Meer sociaal toezicht en preventiemogelijkheden
De woningdichtheid in Amsterdam is hoger dan gemiddeld in Nederland. Die hogere woningdichtheid zou kunnen leiden tot meer potentiële doelwitten voor daders in de vorm van meer woningen. Maar het zorgt ook voor meer potentieel toezicht in een buurt doordat er meer bewoners zijn. Daarnaast kan sociale cohesie zorgen voor meer sociaal toezicht in de wijk. Het rapportcijfer voor de sociale cohesie is over geheel Amsterdam redelijk stabiel gebleven: 5,7 in 2013 en 6,0 in 2023. Een groter aantal mensen in de stad in combinatie met voldoende sociale cohesie zorgt voor toezicht in de buurt. Dat kan zorgen voor een hogere pakkans voor daders van inbraak, waardoor zij wellicht afzien van deze vorm van criminaliteit. Mogelijk stappen zij hierdoor over op andere vormen van criminaliteit waarbij de pakkans lager is, zoals online criminaliteit.
Over de jaren heen zijn de mogelijke preventiemaatregelen voor Amsterdamse bewoners veranderd. Er zijn meer opties voor bijvoorbeeld elektronische of camerabewaking en videodeurbellen. Ook is het hang- en sluitwerk van woningen beter dan in het verleden. Ongeveer de helft van de Amsterdammers heeft extra veiligheidssloten. Daarnaast laat 30 procent van de inwoners het licht branden als er niemand thuis is. 21 procent heeft buitenverlichting met een sensor. Ten slotte heeft 17 procent camerabewaking.