Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Schoolprestaties in Lockdown

Vorig jaar zetten van de ene op de andere dag Amsterdamse leraren het digitale basisonderwijs op. Bijna alle scholen lukte het om elke leerling les te geven.

Kinderen zonder computer konden eerst niet meedoen met de online lessen. Daarom zijn er notebooks en internetverbindingen uitgedeeld. Ruim 4.600 apparaten.

Bijna 20% van de basisschoolleerlingen kreeg extra hulp en ondersteuning van school tijdens de eerste schoolsluiting. Hoger opgeleide ouders kunnen hun kind vaker prima helpen (78%) dan lager of middelbaar opgeleide ouders (58%). Ongeveer de helft van alle ouders zegt dat hun kind hulp nodig heeft bij het online onderwijs.

Met de toetsresultaten van voor en na de eerste lockdown, kunnen we zien hoeveel de leergroei van de kinderen was. Deze leergroei vergelijken we nu met de leergroei van het jaar ervoor. We zien dat leerlingen zich in de schoolsluiting minder snel ontwikkelden. Zowel bij lezen als bij rekenen is de leergroei lager. Als we dezelfde vergelijking maken maar de leerlingen uitsplitsen naar werkniveau dan zien we een paar dingen:

  • Bijna alle leerlingen gingen thuis minder goed vooruit.
  • De beste rekenaars maakten de minste leergroei door. Misschien lukte de rekenles thuis niet goed?
  • Maar de beste lezers gingen thuis juist harder vooruit dan op school.

Op rekenen is het effect van de schoolsluiting goed te zien in het volgende diagram. Dit diagram toont de gemiddelde leergroei van de leerlingen per school. Voor elke leerling is uitgegaan van groei volgens het eigen niveau. Dus zoals kinderen zich een jaar eerder ontwikkelden zonder een schoolsluiting. Als een school boven deze lijn komt presteert de school beter dan het Amsterdamse gemiddelde. Vanaf de nullijn is er sprake van achteruitgang. Dat gebeurt maar op enkele scholen.

De scholen staan hier ook gesorteerd naar opleidingsniveau en inkomen van de ouders. Deze groene lijn geeft nu de gemiddelde leergroei aan over de sociaal-economische as. De extra daling van deze crisis voor leerlingen met een lage sociaal-economische positie komt boven op hun bestaande risico op onderwijsachterstand. Dit was rekenen, nu voor lezen.

Bij begrijpend lezen is het sociaal-economische effect iets minder sterk, maar zeker ook aanwezig. De spreiding in leergroei is hier groter, met scholen ruim boven de leergroei van vorig jaar maar helaas ook scholen met een resultaat van onder het gemiddelde van voor de schoolsluiting. Een achteruitgang op lezen dus.

Effecten op leergroei in deze crisis zijn bij sommige scholen groter geweest dan bij andere. Laten we eens kijken naar Sara en Adam uit groep 7, die voor corona beide op het hoogste rekenniveau zaten.

  • Sara zit op een school met veel ouders in een hoge sociaal-economische positie. Door de schoolsluiting had zij wat meer kans om een vaardigheidsniveau te zakken. In totaal 27 procent kans om een niveau te zakken.
  • Adam zit op een school met veel ouders in een lage sociaal-economische positie. Door de schoolsluiting had hij flink wat meer kans om een vaardigheidsniveau te zakken, maar hij had al wat meer kans om een niveau te zakken. Daardoor had Adam uiteindelijk 41 procent kans om een niveau te zakken.

Zo’n achteruitgang is het verschil tussen een vwo of havo advies. Het is de vraag of die achterstand later nog ingehaald kan worden.

Voor basisschoolleerlingen waren de schoolsluitingen tijdens de lockdown geen pretje. En ook het leren gaat op school beter dan thuis. De schoolprestaties waren na de eerste lockdown meetbaar lager.

Onderzoekers van OIS schreven de Staat van het Amsterdamse primair onderwijs, een opdracht van de Amsterdamse schoolbesturen in het Primair Onderwijs. Er speelt namelijk veel in het primair onderwijs; segregatie als gevolg van woonsegregatie en schoolkeuze, de positieve effecten van aandacht voor brede ontwikkeling, de grote verschillen tussen scholen, ontwikkelingen in passend onderwijs en zorg. Bovendien is er nog steeds een lerarentekort.

Corona

Tijdens dit onderzoek veranderde alles door de komst van corona. De gebruikelijk gang van zaken werd op zijn kop gezet. Leraren en leerlingen moesten zich razendsnel aanpassen. De gemeente hielp bij het uitrollen van het thuisonderwijs door het uitdelen van computers en internetverbindingen. In totaal werden er in de stad 6.585 apparaten uitgedeeld. (Zo'n 4.600 apparaten in het basisonderwijs en nog eens bijna 2.000 in hoger onderwijs.)

Extra hulp

Bijzonder was ook de extra hulp die scholen gaven. Zo is er bijvoorbeeld noodopvang geregeld voor leerlingen die dat nodig hadden. Sommige kregen ook extra lessen in kleine groepen of extra opdrachten.

Leerprestaties

Helaas ging de leergroei op de basisscholen op bijna alle fronten achteruit. Onderwijs op afstand is voor deze jonge leerlingen verre van ideaal. Doordat de landelijke toetsen precies voor en na de eerste lockdown vielen, was de leergroei van het voorgaande jaar goed te vergelijken met die van de lockdown. De leergroei van Amsterdamse leerlingen in schooljaar 2018/’19 is op 1 gezet en daartegen is de leergroei van in 2019/’20 afgezet.

Schoolprestaties 2019-2020 per leergroep en niveau

Schoolprestaties 2019-2020 per leergroep en niveau

Tijdens de schoolsluiting in het schooljaar 2019/’20 zijn Amsterdamse leerlingen gemiddeld minder gegroeid in hun vaardigheidsscores voor begrijpend lezen en rekenen-wiskunde dan in schooljaar 2018/’19. Leerlingen uit groep 7 doorliepen wel dezelfde groei voor begrijpend lezen als een jaar eerder.

Opvallend in deze analyse waren de verschillen bij beste lezers en rekenaars. Waar de lezers zich thuis konden doorontwikkelen, zakten de beste rekenaars juist af.

Verschillen per school

De leergroei is ook per school berekend. Uit deze grafiek blijkt dat de schoolsluitingen de al bestaande verschillen nog eens heeft vergroot. In de grafiek zijn de scholen gerangschikt naar het aantal ouders in een hoge of lage sociaal-economische positie. Dit vertaalt zich ook wel als het aandeel leerlingen met risico op onderwijsachterstand.

Schoolprestaties 2019-2020 per school

Schoolprestaties 2019-2020 per school

In deze grafiek zie je dat de scholen met een groter aandeel risicoleerlingen ook harder achteruitgingen. Daarnaast is te zien dat er een grote spreiding is in leergroei. Er zijn scholen die het beter en slechter doen dan het gemiddelde. Waarom? En kunnen we hier van leren? Een van de redenen laat zich raden: de scholen met een tekort aan leraren hebben een iets grotere achterstand.

Zakkers met stip

Met de combinatie van deze grafieken zien we het volgende. Leerlingen op niveau I op scholen met een grote kans op onderwijsachterstand zakken met stip. Deze leerlingen hebben nu 41 procent kans om in het laatste jaar een prestatieniveau te zakken. Dat verschil is het verschil tussen havo en vwo. Terwijl leerlingen op niveau I op scholen met weinig kans op een onderwijsachterstand slechts 28 procent kans hebben om een niveau te zakken.