Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Overlastmeldingen door Amsterdammers

Als Amsterdammers overlast ervaren in de openbare ruimte kunnen zij dat bij de gemeente melden. Tussen 2019 en 2021 was er een sterke toename van meldingen. Voor een deel komt dat door meer potentiële overlastsituaties (zoals meer verblijvers in de stad en meer zwerfvuil), zo blijkt uit kwantitatief en kwalitatief onderzoek van O&S. Dit verklaart echter niet volledig de forse stijging van meldingen. In hoeverre de stijging (ook) komt door een toegenomen meldingsbereidheid van Amsterdammers is lastiger te zeggen. Wel duiden de uitkomsten van het onderzoek erop dat de meldingsbereidheid verschilt tussen groepen Amsterdammers en dat er nog stappen gezet kunnen worden om melden bij de gemeente laagdrempeliger te maken.

Meer meldingen, vooral over afval

Het aantal meldingen stijgt overal in de stad. Wel zijn er grote verschillen tussen gebieden, zowel in het aantal meldingen als in de onderwerpen waarover wordt gemeld. De meldingsdichtheid (aantal meldingen per vierkante kilometer) is vooral groot op de drukkere plekken. Veruit de meeste meldingen in Amsterdam gaan over afval en in die rubriek groeide het aantal meldingen het sterkst. Ook uit groepsinterviews met Amsterdammers blijkt dat zij in hun buurt vooral overlast ervaren van afval, gevolgd door verkeer.

Aantal meldingen per hoofdrubriek, 2019-2021, waarbij afval boven alle andere rubrieken uitkomt.

Aantal meldingen per hoofdrubriek, 2019-2021

Samenhang meldingen en potentiële overlast

De toename in het aantal meldingen hangt samen met ‘objectieve’ metingen van potentiële overlast, zoals metingen van zwerfvuil en het aantal verblijvers in de stad, maar ook met subjectieve metingen van hoe Amsterdammers de openbare ruimte waarderen. Tegelijkertijd verklaren de ontwikkelingen in deze indicatoren niet volledig de toename in het aantal meldingen.

Aantal meldingen per vierkante kilometer per buurt, 2021. Met vooral in het centrum meer meldingen per km2.

Aantal meldingen per vierkante kilometer per buurt, 2021

Bevolkingsdichtheid, opleidingsniveau en koopwoningen

In het onderzoek keken we ook naar andere factoren die het aantal meldingen kunnen beïnvloeden. Mogelijk relevante factoren haalden we uit literatuuronderzoek en exploratieve analyses. Een beperking hierbij was dat er geen persoonsgegevens bekend zijn van de mensen die een melding hebben gedaan en ook niets bekend is over de motivaties of emoties die een rol speelden bij het doen van de melding. Daarom hebben we gebiedskenmerken geanalyseerd in combinatie met het aantal meldingen. Uit de data-analyse komen verschillende factoren naar voren die samenhangen met het aantal meldingen in een buurt.

  • Een hogere bevolkingsdichtheid gaat gepaard met minder meldingen per inwoner. Daar zijn verschillende verklaringen voor mogelijk. Zo kwam uit de groepsinterviews naar voren dat bewoners van grotere wooncomplexen (ook) melden bij de woningcorporatie.
  • Een hoger aandeel hoogopgeleiden in een buurt gaat gepaard met meer meldingen.
  • Een groter aandeel koopwoningen in een buurt is gerelateerd aan minder meldingen. In de praktijk zullen in gebieden met veel koopwoningen ook relatief veel hoogopgeleiden wonen wat het aantal meldingen juist verhoogd. Daardoor kan het aantal meldingen in die gebieden alsnog hoog uitvallen.

Redenen om wel en niet te melden

Uit groepsinterviews met Amsterdammers kwam een aantal redenen naar voren om te melden bij de gemeente: men meldt als zij het zelf niet (snel) kunnen oplossen, als men zich ergens aan ergert of als men het acuut, nodig of terecht vindt om te melden. Wanneer melden nodig en terecht wordt gevonden, verschilt tussen de deelnemers: sommigen vinden dat alles gemeld moet worden, anderen vrezen dat er een grote druk op de gemeente komt te staan als bewoners alles melden. In de groepsinterviews zijn ook diverse redenen genoemd waarom de geïnterviewden en/of hun buurtbewoners geen melding doen bij de gemeente.

  • Bewoners kunnen overlast zelf oplossen of ervaren situaties/gedragingen niet als overlast.
  • Bewoners vinden dat melden moeizaam gaat.
  • Bewoners voelen zich niet in de positie om te melden.
  • Bewoners hebben geen vertrouwen dat er iets met de melding gebeurt, denken dat het geen zin heeft of voelen zich niet serieus genomen. Dat kan komen door eerdere ervaringen bij de gemeente (niet per se met melden).
  • Bewoners weten niet hoe zij kunnen melden.
  • Bewoners weten niet waar zij wat moeten melden: bij de gemeente, de politie of de woningcorporatie.
  • Bewoners durven niet te melden.

Hoe kan meldingsbereidheid worden vergroot?

Een app om overlast te melden zou volgens geïnterviewden een middel kunnen zijn waarmee meer Amsterdammers overlast sneller kunnen melden bij de gemeente. Ook dat men kan melden en hoe en waar moet breder bekend worden. Onbekendheid met melden komt vooral door een taalbarrière of gebrekkige digitale vaardigheden. Advies van geïnterviewden is dan ook om de mogelijkheid tot melden bij de gemeente op diverse manieren te communiceren en/of een reclamecampagne te starten in verschillende andere talen. Bovendien moet de gemeente zichtbaarder zijn in de wijk om bewoners te helpen met het melden van overlast, maar ook om te helpen bij allerlei andere vragen. Men mist nu een contactpersoon in de wijk.

Hoewel het in het onderzoek niet mogelijk was de precieze meldingsbereidheid in kaart te brengen, zijn er redenen om aan te nemen dat de meldingsbereidheid varieert tussen buurten en groepen. Daarom zullen meldingen niet altijd een representatieve afspiegeling zijn van de overlast zijn in een gebied. Er zullen groepen niet vertegenwoordigd zijn, die bijvoorbeeld niet melden door gebrek aan vertrouwen dat hun probleem wordt opgelost of niet kunnen melden door bijvoorbeeld een taalachterstand of verminderde digitale vaardigheden. Uiteraard kunnen deze groepen nog steeds overlast ervaren, maar vinden zij de weg naar het melden niet of hebben ze hier geen behoefte aan. Het risico bestaat dat er te veel aandacht uit gaat naar wijken met de meeste meldingen, terwijl dit wellicht niet de wijken zijn waar de meeste problematiek speelt.

Over het onderzoek

Als Amsterdammers ergens overlast van ervaren in de openbare ruimte kunnen zij dat melden bij de gemeente. Dienstverlening van de gemeente Amsterdam had behoefte aan meer verdieping en duidelijkheid over de meldingsbereidheid van Amsterdammers, zodat zij de dienstverlening aan Amsterdammers kan verbeteren. Bovendien heeft de Rekenkamer Metropool Amsterdam (RMA) aanbevolen om de meldingsbereidheid en de achtergrond van het stijgend aantal meldingen te onderzoeken. Dienstverlening heeft aan Onderzoek en Statistiek (O&S) gevraagd om dit onderzoek uit te voeren. O&S heeft een literatuurverkenning gedaan, beschikbare data over meldingen en Amsterdammers geanalyseerd en in drie wijken een focusgroep met bewoners georganiseerd om meer te weten te komen over meldingsbereidheid. Dienstverlening gaat naar aanleiding van het onderzoek de komende jaren diverse acties ondernemen, zoals vervolgonderzoek uitvoeren, melden via een app mogelijk maken, werken aan het structureler oplossen van meldingen en de meldmogelijkheden bekender en toegankelijker maken.